Nederlandse stammen - Texuandri
Toen de Romeinen rond het begin van onze jaartelling oprukten in de Lage Landen waren deze bewoond door verschillende Germaanse stammen. De namen van deze stammen zijn tot ons gekomen in gelatiniseerde vorm. Maar wat betekenen zij? In een reeks gewijd aan de duiding van deze namen, deze keer: de Texuandri.
Kleine geschiedenisOver de Texuandri is weinig bekend. De Romeinse geschiedschrijver Plinius de Oudere meldt aan het einde van de 1e eeuw na Christus in zijn Naturalis Historia, in een hoofdstuk over Gallia Belgica, dat zij in het gebied tussen de Schelde en Rijn wonen en uit kleinere stammen bestaan met vele namen. De naam Texuandri is in elk geval Germaans en diens betekenis lijkt erop te duiden dat zij nog niet lang aan deze zijde van de Rijn wonen (daarover onder meer). Mogelijk behoorde hun gebied net als dat van de Tungri bezuiden hen oorspronkelijk toe aan de Eburones, voordat Julius Caesar deze in 53 voor Christus van de kaart veegde. Veel stammen waren ondergeschikt aan machtigere stammen; zo ook wellicht de Texuandri aan de Tungri.
2e/3e eeuws Latijns inschrift op een steen gewijd aan een Germaanse godin genaamd Sandraudiga (Oudgermaans *Sandraudigō), gevonden in Zundert, Noord-Brabant, destijds grond van de Texuandri.
(Bron afbeelding: Rijksmuseum van Oudheden, Leiden)
Zoals andere stammen die zich eeuwen lang binnen de grenzen van het Rijk bevonden, aan deze zijde van de Rijn, zullen ook de Texuandri tot op zekere hoogte geromaniseerd zijn. Hun bovenlaag zal op den duur Latijn hebben gesproken, zich Romeinse namen aanmetend, en zij zullen manschappen aan het Rijk hebben geleverd.
(Bron afbeelding: Rijksmuseum van Oudheden, Leiden)
In de 3e eeuw na Christus verenigen een aantal Germaanse stammen langs de Rijn zich tot een machtig verbond: de Franken. Van de noordelijke tak hiervan zijn de Salii de voornaamsten. Na het grensgebied van het inmiddels verzwakte Rijk bezuiden de Rijn te teisteren, tot het na verloop van tijd zelfs deels ontvolkt raakt, krijgen de Franken halverwege de 4e eeuw toestemming van de Romeinen om zich vestigen in het gebied der Texuandri. Zij moeten dan wel meehelpen de grenzen te bewaken. De overgebleven Texuandri zullen aldus deel van de Franken zijn geworden.
Hun gebied, ruwweg overeenkomend met Noord-Brabant en Limburg bewesten de Maas in Nederland en Oost-Antwerpen en Noord-Limburg in België, blijft ook gedurende de Middeleeuwen hun naam dragen, zij het in gelatiniseerde, verbasterde vormen als Texandria, Toxandria, Taxandria. Doch heden vinden wij de inheemse, Nederlandse vorm nog in de plaatsnaam Tessenderlo, in Belgisch Limburg.
Duiding
De naam Texuandri is, vooral op grond van latere bastaardvormen als Toxandria en Taxandria, wel beschouwd als een afleiding van de Latijnse boomnaam taxus. Er wordt dan ook op gewezen dat de naam Eburones, van de stam die ooit daar of zuidelijker woonde, waarschijnlijk van een Keltisch woord voor taxus is afgeleid.
Maar de oudste vorm is toch echt Texuandri en die laat zich door vooraanstaande naamkundigen als Günter Neumann zonder meer als Germaanse naam duiden, een latinisering van Oudgermaans *Tehswandrōz (enkelvoud *Tehswandraz). Dat is een afleiding bij *tehswō/*tehswan- ‘rechts, rechter’, los overgeleverd als Gotisch taíhswa, Oudhoogduits zeso en Middelnederlands tesuwe, met een achtervoegsel *-dra-/*-þra- dat we elders o.a. in ander vinden en ruimtelijke tegenstelling binnen een geheel aanduidt. De Texuandri/*Tehswandrōz zijn dus oorspronkelijk de ‘zich rechts bevindenden (binnen het grotere geheel)’. Rechts van wat? Wel, vanuit Germaans oogpunt, rechts van die geweldige stroom die eeuwenlang de Germaanse wereld van het Romeinse Rijk scheidde: de Rijn.
‘Rechts’ kan hier dan ook als ‘zuidelijk’ opgevat worden. Voor de Indo-Europeanen, waar ook de Germanen ten dele van afstammen, was het oosten het ijkpunt, want de richting van de opgaande zon, en lag het zuiden dus aan de rechterhand. In andere Indo-Europese talen komt dit ook tot uiting; vergelijk hoe Oudiers dess en Sanskriet dákṣina- beide zowel ‘rechts’ als ‘zuidelijk’ betekenen (en beide bovendien van dezelfde wortel als Oudgermaans *tehswō komen).
Anderzijds, de Germanen wonen van oudsher vrij noordelijk en in de Romeinse tijd waren hun ogen veelal op het Romeinse zuiden gericht; wellicht kon dan ook het westen als ‘rechts’ worden opgevat. Een vergelijkbare tweezinnigheid vinden we in het aan *tehswō verwante Texel (uitgesproken als Tessel), de naam van het meest zuidelijke én meest westelijke der Nederlandse Waddeneilanden. Gezien de loop van de Rijn maakt het voor de Texuandri/*Tehswandrōz niet zo veel uit wat het ijkpunt was; in tegenstelling tot verwante stammen woonden zij rechts van de Rijn.
Getuige de hierboven genoemde plaatsnaam Tessenderlo is de hedendaagse vorm van hun naam Tessenders en heet hun streek Tessender.
~
Lees verder over andere stamnamen in deze reeks.
~